“Ik heb zogenaamde “passing privilege”. Dat wil zeggen dat als ik mensen niet vertel dat ik bij geboorte door de dokter ben aangemerkt als meisje, niemand dat uit zichzelf bedenkt. Jarenlang heb ik daar dankbaar gebruik van gemaakt. Door in transitie te gaan, wilde ik immers mezelf worden, en dat was een man. Gewoon een man, geen gedoe. Geen mensen die me er steeds op wezen dat ik een vrouw was omdat ze “het toch konden zien”. Gewoon opgenomen worden in de maatschappij, relatief veilig want hoewel ik op mannen val, word ik ook nog aangezien voor hetero. Soms ontkwam ik er natuurlijk niet aan om het te vertellen. Bij vrienden, potentiële partners, artsen. Dat leverde nooit problemen op, maar toch bleef ik tegenover vrijwel iedereen krampachtig mijn mond houden. Ik wist niet hoe ik erover moest beginnen, en het deed er ook niet toe. Maar toen begon ik met het schrijven van wat later Aldus Sybren zou worden. Het voelde goed, het werd mooi, maar als iemand vroeg waar ik mee bezig was, focuste ik op het terugkeren uit Amerika, of hield ik het nog vager. Niemand vertelde ik dat het ging over mijn leven na de transitie. Dat hield ik vol tot en met de boekpresentatie. Er zaten mensen in de zaal die mij kenden maar van niks wisten en ik benoemde het niet expliciet. Eerlijk gezegd dacht ik dat ze zelf de feiten wel bij elkaar op hadden geteld en er inmiddels achter waren, maar blijkbaar wist niet iedereen wat “autobiografisch” betekende.

(foto: A. Fauchey)
Daarna ging het beter. Makkelijker. Bij elk interview en elke lezing praatte ik er met minder moeite over, want ik zag begrip in ogen oplichten en de bekende, ietwat misplaatste bewondering. Ik had echt het idee dat ik met mijn boek en mijn verhaal anderen aan het helpen was. Anderen, en mezelf. Want er viel een last van me af waarvan ik niet wist dat ik ‘m droeg. Ik besefte dat ik niet meer bang was wat mensen zouden vinden, of ze zouden zeggen dat ik toch eigenlijk gewoon een vrouw was, want dat ben ik niet. Als iemand dat onverhoopt toch zou denken, dan ligt dat aan hun, niet aan mij.
Had ik dit jaren geleden al kunnen doen? Dat denk ik niet. Ik heb in de overtuiging moeten groeien en dat duurde nu eenmaal zo lang als het duurde. Maar ik ben honderd procent blij dat ik het gedaan heb en dat ik gewoon open kan zijn.
Niet dat het ‘t eerste is wat ik tegen iemand zeg, maar als het ter sprake komt, ga ik het niet meer uit de weg, zoals zo veel dingen in mijn leven. Ik kan alleen maar trots zijn op wat ik heb bereikt en waarom zou ik dat wegstoppen?”
Micha Meinderts
www.michameinderts.nl
Comments are closed.